Op 20 juni 2020 verscheen er een artikel over mensen die doorleven na kanker in het wetenschapskatern van de Volkskrant. Hierin ook een interview door Ianthe Sahadat met mij en prachtige foto’s van Judith Jockel. Het complete artikel kan je hier lezen. Martijn van Duivenboden (44) woont in Apeldoorn met zijn vrouw en dochtertje
Toen ik voor het eerst op de spoedeisende hulp kwam werd me al na een uur verteld dat ik acute leukemie had. Direct daarna verdween ik in isolatie. Sindsdien heb ik niet meer bijgehouden hoe vaak ik alleen op een ziekenhuiskamer terecht kwam. Het moet gemiddeld een paar keer per jaar zijn. Gisteren kreeg ik
Het leukste aan achttien worden was dat ik mijn bloed kon doneren. Dus het eerste wat ik die dag deed was naar de bloedbank. In een gebouwtje van het Rode Kruis kreeg ik een vragenlijst over seks, drugsgebruik en buitenlandse reizen. Wanneer alles met ‘nee’ beantwoord kon worden mocht ik naar een soort dokter die
Toen ik laatst in de boekenwinkel het boek Beter worden is niet voor watjes bekeek legde ik het gauw weer weg. Want wat moest ik met weer een boek over kanker? De meeste verhalen zijn beroerd opgetekend en zijn egodocumenten waar je als lezer weinig in mee kan leven. En ook de titel sprak mij
Dit interview verscheen in september 2013 in het Belgische magazine De Geus Acute Myeloïde Leukemie, een diagnose als een doodsvonnis. Onbehandeld overlijden AML-patiënten na enkele weken of maanden; met behandeling bedraagt de overlevingskans na vijf jaar 15 tot 70 procent, afhankelijk van het type AML. Het was deze onheilspellende diagnose die Martijn uit Nederland eind
De sluis waar je doorheen moest om op afdeling 3b van het VUmc te komen zou best opgesierd kunnen worden met de regel “Laat varen alle hoop, gij die hier binnentreedt”. De beroemde zin uit Dante’s meesterwerk de Goddelijke Komedie kondigt de hel aan en dat zou deze plek in Amsterdam ook moeten zijn. Hier
De aforisme “Wat mij niet ombrengt maakt mij sterker” van de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche wordt vaak gebruikt om ons moed in te praten tijdens ziekte. Nietzsche’s aforismen laten zich echter nooit op één manier uitleggen. Het is oorlogstaal die aansluit bij de vaak krijgshaftige bewoordingen waarmee onze houding tegenover kanker gevormd wordt. Maar wat
In de sportschool waar ik train motiveren ze de leden met de leus: “Een droom wordt een doel zodra je hem opschrijft.” Er is een muur helemaal volgeschreven met doelen zoals het lopen van een marathon, afvallen of het heffen van een zwaar gewicht. Van zoveel motivatie zou je zelf ook zin krijgen om ertegenaan
Mijn huisarts kreeg wel eens mensen met een griepje in zijn praktijk: “Dokter, geef me alsjeblieft een stootkuurtje prednison. Ik heb een deadline op het werk en ik kan nu echt niet ziek zijn.” Als je ziek bent, dan heb je niet zoveel te kiezen. Ik heb drieënhalf jaar aan de prednison gezeten. Vooral om